De Rotterdammer verschijnt voor het eerst op 15 mei 1903 in Rotterdam. In tegenstelling tot veel andere protestants-christelijke kranten, werd De Rotterdammer een groot succes. Het dagblad wilde bij de oprichting in de vorm van een persvereniging de belangen van Rotterdam en omstreken behartigen. Twee jaar later, in 1905, werd alsnog besloten om De Rotterdammer als een naamloze vennootschap verder te laten gaan. Het dagblad bleef wel bij het Centraal Comité van de ARP aangesloten.
‘Een nietig blaadje’
Met name hoogleraren van de Vrije Universiteit schreven artikelen voor De Rotterdammer. Zij hadden een totaal andere denkwijze dan de journalisten die voor de concurrent, De Standaard, schreven. En schroomden niet hun mening aan de wereld kenbaar te maken. In die tijd vonden velen De Rotterdammer ‘een nietig blaadje’. Er werden toen ongeveer 5.800 oplagen gedrukt.
De grootste van Nederland
Omstreeks 1930 ontwikkelde De Rotterdammer zich van politiek getint richting maatschappelijk-cultureel. De krant had een grote protestants-christelijke lezerskring met zowel vele politieke kleuren (antirevolutionairen, staatkundig-gereformeerden en christelijk-historischen) als vele kerkelijke kleuren, zoals hervormden en christelijk gereformeerden. Door de succesvolle ontwikkelingen werd De Rotterdammer uiteindelijk groter dan De Standaard. Vier nevenuitgaven werden opgericht: Dordtsch Dagblad, de Nieuwe Haagsche Courant, de Leidsche Courant en de Nieuwe Utrechtsche Courant.
De Tweede Wereldoorlog
Kort nadat Nederland door Duitsland werd bezet, was De Rotterdammer het grootst protestants-christelijk dagblad van Nederland met circa 40.000 abonnees. Op 15 oktober 1941 moest de ‘Sterke Vijf’ de activiteiten op bevel van de bezetters staken. Alleen de Nederlandse nationaal-socialistische dagbladen bleven bestaan.
Naoorlogse krant
Op 7 mei 1945 verschenen, met uitzondering van de Nieuwe Utrechtsche Courant, weer de eerste edities van de kranten. De overgebleven vier kranten werden ‘Het Kwartet’ genoemd. De eerste uitgave van De Rotterdammer werd tot in Rijssen toe gelezen.
Ongenummerd
Vanaf 8 september 1962 werden de kranten (‘Het Kwartet’) niet meer van een jaargang en een nummer voorzien. In 1964 had De Rotterdammer een oplage van ongeveer 93.000. Pas op maandag 6 september 1965 werd er weer een jaargang en een nummer vermeld: jaargang 63, nummer 96.
Fusie met Trouw
Eind 1966 werd De Christelijke Pers opgericht. Hier werden zowel Trouw als de vier bladen, ‘Het Kwartet’, ondergebracht. Inmiddels had Trouw al de aandelen van drie van de vier kranten in handen. Alleen De Rotterdammer was nog zelfstandig. De fusie zorgde ervoor dat de samenwerking tussen beide partijen werd versneld. Pas op 18 februari 1972 was de eerste redactionele samenwerking een feit. Met pijn in het hart vertrokken de redacties, behalve Stad en Streek, uit Rotterdam om op één centrale plek in Amsterdam samen te gaan werken met de redacties van Trouw.
Laatste editie
Evenals de voormalige redactieleden van ‘Het Kwartet’ waren de lezers van De Rotterdammer en de overige kranten niet blij met de fusie. De lezers herkenden hun vertrouwde krant, die was opgegaan in Trouw, niet meer. Het duurde dan ook niet lang of het aantal abonnees van Trouw / ‘Het Kwartet’ daalde drastisch. Op zaterdag 1 februari 1975 verscheen de laatste editie van De Rotterdammer onder de eigen naam maar zonder nummer.
Lees verder
